Begeleiding en beoordeling
In het ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) beschrijven we voor elke leerling welke ondersteuning nodig is om goed te kunnen leren en ontwikkelen. Ook staat in het plan welke dingen het leren makkelijker of moeilijker maken.
Wat heeft uw kind nodig?
In het OPP staat ook welke ondersteuning de leerling nodig heeft om goed te kunnen leren en ontwikkelen. Ook staat in het plan welke dingen het leren makkelijker of moeilijker maken. De mate van ondersteuning bepaalt de leerroute van de leerling.
Wat betekent dat voor de lessen?
Alle lessen die een kind volgt hebben een doel. De leraar stelt doelen op voor iedere leerroute. Dat kunnen doelen zijn op het gebied van kennis, maar ook op het gebied van gedrag. Samen vormen deze doelen een groepsplan. Daarin staat welke leerlingen in de groep aan dezelfde doelen werken. De leraar geeft instructie volgens het Directe Instructie Model.
Waar groeit uw kind naartoe?
Zal uw kind straks zelfstandig kunnen werken? Is een vervolgopleiding mogelijk of blijft begeleiding waarschijnlijk nodig? Dit noemen we het uitstroomprofiel van de leerling. Voor ieder profiel bieden we een ander leeraanbod.
Hoe doet uw kind het in de praktijk op school?
We houden de planning voor het leren en ontwikkelen van uw kind bij in een digitaal systeem. Zo zien we hoe de leerling zich daadwerkelijk ontwikkelt. Hierin staan de behaalde resultaten, maar ook opmerkingen over gedrag en ontwikkeling.
Leerling- en groepsbesprekingen
De intern begeleider en de mentor bespreken wat de vorderingen zijn. Ook kijken zij of de leerling in de juiste leerroute zit. Tijdens de gesprekken bespreken we dit met de ouders. Twee keer per jaar bespreken we de groep van uw kind in het bijzijn van de mentor, onderwijsondersteuner, stagebegeleider en intern begeleider. Als het nodig is schuiven er ook andere teamleden aan.